-
- stampen of slagen van een hamer
- Afrikaans gezongen
- teksten gaan over werk 1860 ontstond hieruit de blues muziek
-
- deprimerende aspecten in de muzien
- eenvoudige melodie
- akoestische instrumenten
-
- langzaam
- afrikaanse zang
- een of meer stemmig
-
- swing feel
- syncopen
- improviserende zangers
-
- zang begeleid met eenvoudige muziekinstrumenten
- westers gekleed
- gedanst als een cowboy
-
- vrolijke muziek
- afgeleide varianten, zoals country en rock
- akoestisch versterkt in jaren 60 floreerde de muziek soort
-
- pakkende ritmes
- ondersteund door vinger geknipt of geklap
- geleende invloeden van een gospel
-
- stoere muziek
- leadzanger bepaalde sound
- lijkt op pop met meer kracht
-
- hoorns
- synthesizers
- elektrische piano
-
- elektrice instrumenten
- 120 tot 130 bpm
- gedraaid op festivals 2010 kwam er in nummer uit die deze stijl bekent maakte: turn up the speaker
-
- niet gezongen, maar op het ritme gezegd
- vaak maatschappijkritisch
- veel gerijmd
-
- langzaam
- op christelijke kerk gebaseerd
- solo of groep