-
De homo sapiens ontstonden 200 000 v.C in Afrika. De homo sapiens hebben zich in de tijd verspreid over de wereld.
-
In Nederland en andere landen in Noord-Europa lag een grote ijslaag. Door de kou kon geen mens er meer leven. Soms werd het iets warmer en dan konden er dieren leven zoals een mammoet of een wolharige neushoorn. Rond 11 500 v.C veranderde het klimaat en steeg de temperatuur, daardoor was de ijstijd afgelopen.
-
Er leefde jager-verzamelaars in Nederland. Zij leefden van jagen, vissen en noten/vruchten verzamelen. Zij leefden als nomaden, ze trokken verder als er geen eten of drinken meer was. Van de materialen die ze vonden maakten zij allerlei spullen zoals kano's, bijlen en visnetten.
-
Rond 10 000 v.C werd de landbouw uitgevonden in het Midden-Oosten. De jager-verzamelaars werden boeren. Nu hoefden ze niet meer te leven als nomaden. Omdat er zo veel was veranderd noemen we dit de landbouwrevolutie.
-
Om het water goed te gebruiken, moesten de Egyptenaren het water irrigeren. Ze maakte gangen waar het water door heen kon stromen (kanalen),met een sjadoef schepten ze het water uit de kanalen op hun akkers.
-
In Nederland begon de landbouw omstreeks 5000 v.C in Zuid-Limburg, 2000 jaar later begon de landbouw in heel Nederland. In Noord-Holland maakten de boeren hunebedden, dat is een soort graf. Ook geloofden ze in goden, daarom dansten en offerden ze om de goden tevreden te houden.
-
Omdat er zoveel geproduceerd werd hoefden niet iedereen meer boer te zijn in Egypte. Daardoor kwamen er beroepen. De steden werden groter en er ontstond een landbouwstedelijke samenleving. Voorbeelden van beroepen zijn: schrijver, pottenbakker en kleermaker.
-
De prehistorie eindigden toen het hiërogliefen schrift werd uitgevonden. Het schrift was erg handig omdat je dan wetten en belastingen kon bijhouden. Het schrift werd met een beitel op steen gezet.
-
Koning Narmer de heerser van Boven-Egypte, veroverde Beneden-Egypte. Hierdoor was het nu een land. Egypte was daardoor de eerste grote staat in de wereld met centraal bestuur.
-
De titel farao is een titel die word gebruikt om koningen of koninginnen te benoemen met een goddelijke status. Het betekende " man van het grote huis", dit verwees naar het paleis van de farao.
-
Er werden heel veel beelden gemaakt van farao's en goden om deze te vereren. De meeste kunstenaars zijn anoniem gebleven. De beeldhouwwerken waren meestal alleen van voren te bezichtigen.
-
Papyrus werd gemaakt van de papyrusplant(soort riet). De Egyptenaren maakten er papier, sandalen en matten van.
-
De Egyptenaren hadden een hoog niveau in de wetenschap. Ze hadden er alleen geen naam voor. Er was weinig abstracte wetenschap, men hield zich vooral bezig met reële problemen. Ook wisten ze veel van steen en mineralen.
-
De wiskunde in Egypte had geen hoog niveau, maar ze konden wel oppervlakken en hoeken berekenen (bijvoorbeeld voor een piramide). De Egyptenaren kenden de vroeg het principe van de stelling van Pythagoras.
-
Farao's lieten piramides voor zich bouwen om na hun dood in te worden gelegd. Deze waren gemaakt van natuursteen of baksteen met een laag kalksteen. De piramides waren heel groot. Er werden ook heel veel grafgiften in gelegd. Zoals sieraden en beeldjes.
-
Farao Pepi 1 wou wraak nemen op nomaden uit de woestijn die eerder zijn voorraadschuren hadden geplunderd. Hij maakte een heel leger en verwoeste hun land. Hiermee ontstond het beroepsleger.
-
Farao Toetmozes 1 begon met de expansie van Egypte. Met een beroepsleger veroverde hij delen van Syrië en versloeg hij de Nubiers. Hierdoor werd Egypte heel rijk, en moesten de veroverden volken goud, koper en ook slaven aan Egypte geven.
-
Farao Toetanchamon was geen belangrijke farao voor Egypte. Maar veel mensen kennen hem omdat zijn graf en grafgiften nog intact waren. Hij werd toen hij 9 werd farao en ging dood toen hij 18 was.
-
Ramses 2 werd beschouwd als de grootste farao aller tijden. Toen hij farao werd ging hij al snel oorlog voeren met de Hettieten. Hij zei dat hij gewonnen had, maar dat was niet zo want door een valstrik leed hij zware verliezen en verloor hij. Hij kon wel ontsnappen. Hij werd 90 jaar en werd begraven in de vallei der koningen.
-
De griek Herodotus is naar Egypte gereisd om te zien hoe de mensen daar leefden en hoe het land eruit zag. Hij wou mensen ondervragen over hun verleden. Ook wilde hij weten hoe de Nijl overstroomde. Maar niemand wist dit te vertellen.