Democratische revoluties

Democratische Revoluties (1650-1848)

  • Period: to

    John Locke

    Belangrijke filosoof van de Verlichting. Zijn ideeën hielden voornamelijk in dat kennis wordt verkregen door middel van ervaring. Volgens hem is het bewustzijn een ‘onbeschreven blad’ (‘tabula rasa’): onze ideeën zijn afkomstig uit verschillende denkbeelden, die zijn gebaseerd op ervaringen van zintuiglijke waarnemingen. Hij wijst absolutisme af, net als het aangeboren goddelijke recht van een persoon om te regeren.
  • Period: to

    Baruch Spinoza

    Nederlandse filosoof van de Verlichting, wiskundige en politiek denker. Zijn ideeën hielden in dat de macht niet bij één persoon lag, hij was voor vrijheid van meningsuiting en dat God niet mengt in het dagelijks leven/maatschappij, maar dat iedereen een privérelatie heeft met God.
  • Period: to

    Antoni van Leeuwenhoek

    Nederlandse handelsman en microbioloog. Hij stond voornamelijk bekend om zijn microscoop lenzen, waar hij veel mee ontdekte. Hij schreef over celbiologie en microbiologie en ontdekte bacteriën die ziektes veroorzaakten.
  • Period: to

    Jacobus II

    Koning van Engeland, Schotland en Ierland van 1685 tot 1688. Hij was een katholieke koning en bevoordeelde mensen met dezelfde geloofsovertuigingen. Veel mensen waren het niet eens met zijn manier van regeren, waardoor hij moest vluchten.
  • Period: to

    Lodewijk XIV

    Koning van Frankrijk en Navarre, ook wel bekend als de Zonnekoning. Hij regeerde van 1642 tot 1715 en gaf veel geld uit aan het voeren van oorlogen. Gevolg hiervan was dat zijn koninkrijk bankroet ging.
  • Period: to

    Isaac Newton

    Een Engelse natuurkundige, wiskundige en natuurfilosoof. Hij stelde de leer van de zwaartekracht op en kreeg zoveel invloed dat de Engelse koningin hem in de adelstand verheef.
  • Lodewijk XIV aan de macht

    Lodewijk XIV aan de macht
  • Ontstaan van het verlicht denken

  • Period: to

    Koning-stadhouder Willem III

    Hij werd stadhouder van de Republiek in 1672. Frankrijk onder Lodewijk XIV was zijn grootste vijand en zocht bondgenoten. Na het vluchten van de Engelse koning Jacobus II in 1689, greep Willem III zijn kans en vertrok hij met een leger naar Engeland om het Engelse volk te steunen. Willem III werd koning van Engeland.
  • Period: to

    Charles-Louis Montesquieu

    Franse filosoof die wetenschappen studeerde in zijn vrije tijd. Hij is de bedenker van de scheiding der machten (Trias Politica): de wetegevende macht,uitvoerende macht en de rechterlijke macht).
  • Period: to

    Voltaire

    Radicale Franse filosoof. Hij houdt zich voornamelijk bezig met godsdienst: hij is tegen de katholieke kerk en de wijze waarop deze handelt. Zelf was hij aanhanger van het deïsme, God heeft de wereld geschapen, maar heeft na de schepping heeft hij geen invloed meer gehad op de aarde en de maatschappij.
  • Period: to

    Jean-Jacques Rousseau

    Franse filosoof en schrijver. Tijdens de Verlichting kwam hij vooral uit voor de ideeën dat de soevereiniteit bij het volk moest liggen en dat de mens vrij is geboren en het recht hadden op vrijheid.
  • Period: to

    Frederik de Grote

    Koning van Pruisen. Hij paste verlicht absolutisme aan op zijn manier van heersen: (beperkte) persvrijheid, gaf christelijke minderheden meer vrijheid en schafte de horigheid af op eigen grondgebied.
  • Period: to

    Denis Diderot

    Franse schrijver, kunstcriticus en radicale filosoof tijdens de Verlichting. Heeft meegeschreven aan de Encyclopédie.
  • Period: to

    Immanuel Kant

    Kant was een Duitse filosoof van de Verlichting. Behandel mensen zoals jij dat zelf wilt was één van zijn ideeën over de samenleving, net als dat kennis wordt opgedaan door ervaring en logisch nadenken.
  • Period: to

    Catharina de Grote

    Tsaar van Rusland van 1762 tot haar dood in 1796. Zij sloot aan bij de ideeën van Voltaire en Diderot. Ze stimuleerde onderwijs en wetenschap, maar had alsnog een absolute wijze van regeren,
  • Period: to

    Lodewijk XVI

    Koning van Frankrijk en Navarra van 1774 tot 1791.
  • Period: to

    Marie Antoinette

    Koningin van Frankrijk ten tijde van de heerschappij van Lodewijk XVI, haar echtgenoot. Werd in 1793 onthoofd als gevolg van de radicale fase van de Franse Revolutie.
  • Period: to

    Maximilien Robespierre

    Leider van de radicale Jacobijnen tijdens de Franse Revolutie. Hij regeerde een tijdje als dictator, maar werd in 1794 onthoofd naar aanleiding van zijn manier van heersen: hij vertrouwde weinig mensen, waardoor velen door hem zijn beland onder de guillotine.
  • Period: to

    Hertog van Wellington

    Een Brits militair leider, bestreed van 1808 tot 1814 de troepen van Napoleon in Portugal en Spanje, met succes. Ook was hij opperbevelhebber van het leger dat Napoleon versloeg bij Waterloo.
  • Period: to

    Napoleon Bonaparte

    Frans dictator en generaal. Hij kroonde zichzelf als keizer in 1804 en regeerde tot 1814. Hij werd verbannen naar Elba in 1814, maar keerde terug en werd definitief verslagen bij Waterloo in 1815.
  • Period: to

    Koning Willem I

    Eerste Nederlandse koning van 1814 tot 1840. Bij Franse inval in de Republiek vluchtte hij, maar vocht hij later in het Pruisische en Oostenrijkse leger tegen Napoleon. Na de nederlaag van Napoleon keerde hij terug en werd hij uitgeroepen tot 'soeverein vorst'.
  • Period: to

    Klemens von Metternich

    Staatsman van Oostenrijk en werd in 1809 minister van Buitenlandse Zaken. Probeerde een goede relatie met Napoleon te krijgen, vanwege het huwelijk van Napoleon met de Oostenrijkse prinses Marie-Louise. Hij heeft veel invloed gehad tijdens het Congres van Wenen.
  • Lodewijk XVI aan de macht

    Lodewijk XVI aan de macht
  • Period: to

    Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog

    Een oorlog tussen Groot-Brittannië en hun koloniën die later de Verenigde Staten zouden worden. De oorlog resulteerde in de onafhankelijkheid van de VS.
  • Period: to

    Alexander I

    Tsaar van Rusland van 1801 tot 1825. Voerde oorlog tegen Napoleon (Frankrijk), samen met Engeland, Oostenrijk en Pruisen. In 1812 viel Napoleon Rusland binnen, waarna Napoleon werd verslagen.
  • Cahiers de doléances

    Cahiers de doléances
    De drie standen kregen ter uitbreiden van de vergadering van de Staten-Generaal, de mogelijkheid voor de koning klachten en wensen te formuleren in Cahiers des doléances.
  • Lodewijk XVI roept parlement bijeen

    De Franse koning riep het parlement bijeen om geld te vragen, omdat Frankrijk dreigde bankroet te gaan. De derde en ondergeschikte stand besloten niet meer met de geestelijkheid en adel te vergaderen, waardoor revoluties volgden.
  • Eed op de kaatsbaan

    Eed op de kaatsbaan
    De derde stand keerde zich tegen de geestelijkheid en adel en verklaarde zich tijdens de 'eed op de kaatsbaan' tot enige nationale vertegenwoordiging. Ze verklaarden dat ze dit parlement pas zouden ontbinden als er een nieuwe Franse grondwet kwam.
  • Lodewijk XVI verlaat de Staten-Generaal

    Lodewijk XVI was geschokt over de reactie van de derde stand en sprak de leden toe. Hij wees veel voorstellingen af en eiste dat de standen weer apart moesten vergaderen. Maar er werd geweigerd en de koning verliet de Staten-Generaal, samen met een aantal edelen en geestelijken. De rest van deze leden kozen voor de kant van de derde stand.
  • Bestorming van Bastille

    Bestorming van Bastille
    Dit wordt gezien als het begin van de Franse Revolutie en is het symbool voor het Ranse 'ancien regime'. Rond de 20.000 mensen gingen naar de gevangenis 'La Bastille', met als doel om de munitiedepot te plunderen. Dit was een van de eerste grote gewelddadigheden van de Franse Revolutie.
  • Afschaffing feodale wetten

    Met de afschaffing van de feodale wetten werden de privileges van de adel en geestelijkheid afgenomen. Wel betaalde de derde stand ten opzichte van de rest meer belasting.
  • Verklaring van de rechten van de mens en de burger

    Deze verklaring stelde o.a. dat het volk soeverein was en dat sociale voorrechten niet bestonden wanneer iemand toevallig is geboren binnen een stand. In plaats daarvan werd er gekeken naar persoonlijke kwaliteiten. Ook stond erin dat verschillende godsdiensten moesten worden getolereerd en dat accijnzen eerlijker over standen moesten worden verdeeld.
  • De vrouwenmars

    De vrouwenmars
    Een groep Parijse vrouwen liepen naar Versailles en eisten de koning om brood: de Mars op Versailles. Ze bestormden het paleis, waarna Lodewijk XVI en zijn familie naar Parijs vluchtten.
  • Wet-Le Chapelier

    Deze wet voerde de vrijheid van ondernemen in en verbood coalities en corporaties, dat wil zeggen alle gilden die de toegang tot een beroep belemmerden. Hij verbood tegelijkertijd ook verenigingen van boeren en arbeiders. Daarmee kwam hij feitelijk ook neer op een verbod op vakbonden en stakingen.
  • Goedkeuring grondwet

    Een nieuwe grondwet werd door de meerderheid van de Nationale Vergadering goedgekeurd. Hierbij kreeg de koning de uitvoerende macht, maar werd zijn macht wel erg ingeperkt.
  • Proces tegen 'burger Capet'

    Het proces tegen voormalige koning Lodewijk XVI. Hij werd geschorst en gearresteerd na de Bestorming van de Tuilerieën tijdens de Franse Revolutie. Hij werd berecht door de Nationale Conventie, schuldig bevonden aan hoogverraad en geëxecuteerd door de guillotine op 21 januari 1793 als een ontheiligde Franse burger "citoyen Louis Capet".
  • Bestorming van de Tuilerieën

    Bestorming van de Tuilerieën
    De Revolutie leek nergens heen te gaan, boeren en burgers waren eigenlijk nog steeds arm en hongerig. Maar op een gegeven moment keerde het om en vielen burgers en militairen het Tuilerieënpaleis aan, waar Lodewijk XVI en zijn familie zich bevonden. Uiteindelijk zijn ze door de Nationale Vergadering overgeplaatst naar de gevangenis 'Le Temple'. Dit was het begin van de radicale fase van de Franse Revolutie.
  • Afschaffing van het koningschap

    De Nationale Conventie besloot het koningschap af te schaffen, waarbij het eerste jaar van Frankrijk als Republiek inging.
  • Onthoofding Lodewijk XVI

    Onthoofding Lodewijk XVI
    Lodewijk XVI werd veroordeeld voor het helpen van vijanden van Frankrijk. Hij werd onthoofd onder de guillotine.
  • Thermidoriaanse Reactie

    Thermidoriaanse Reactie
    Robespierre en verschillende andere leidende figuren werden opgepakt in het Stadhuis van Parijs en terechtgesteld. Deze gebeurtenis wordt ook wel thermidoriaanse reactie genoemd. Dit is het einde van de radicale fase van de Franse Revolutie.
  • Start periode van het Directoire

    Start periode van het Directoire
    Het Directoire is een vijfhoofdig bestuur dat van 1795 tot 1799 het land bestuurde. Tijdens de radicale fase was er nog sprake van algemeen kiesrecht, maar tijdens het Directoire werd het cijnskiesrecht (gebaseerd op belastinggrens) weer ingevoerd. Ook tijdens het Directoire was er af en toe nog sprake van Terreur.
  • Begin Bataafse Revolutie

    Geïnspireerd door de Franse Revolutie kwam de derde stand in de Nederlanden in opstand. Door deze revolutie werd Nederland een eenheidsstaat met een democratische grondwet.
  • Mislukte staatsgreep

    Het Directoire was feitelijk een dictatuur, maar toen een parlementaire meerderheid enkele maatregelen die tijdens de Franse Revolutie wilden afschaffen, was er een poging tot een staatsgreep. Drie van de vijf waren pleegden de staatsgreep, waaronder Napoleon Bonaparte.
  • Napoleon grijpt de macht

    Napoleon grijpt de macht
    Met deze staatsgreep greep Napoleon de macht en maakte hij een einde aan de Franse Revolutie.
  • Code Napoleon

    Code Napoleon
    Nieuwe wetgeving van Napoleon waarbij veel verlichte ideeën werden uitgewerkt. Iedereen werd gelijk voor de wet: niemand werd voorgetrokken, zelfs niet de adel. Niemand mocht gevangen worden zonder een eerlijk proces en bij zo'n rechtszaak kregen mensen ook de kans om zichzelf te verdedigen. De jury bestond uit burgers die het vonnis uitspraken.
  • Napoleon kroont zichzelf tot keizer

    Door zichzelf te kronen als keizer zorgde Napoleon ervoor dat hij niet werd ondergeschikt aan de kerk. Dit was het begin van het Franse Keizerrijk.
  • Period: to

    Napoleon III

    President van de Franse Republiek van 1848 tot 1852 en keizer van Frankrijk (als Napoleon III) van 1852 tot 1870. Hij was de laatste keizer van Frankrijk.
  • Congres van Wenen

    Congres van Wenen
    Nadat Napoleon was verslagen begonnen de Europese mogendheden in 1814 met overleggen in Wenen. Hierin werd overlegd over het staatkundig herordenen van Europa en de wederopbouw (Restauratie). Het eindigde in juni 1815 met een slotakte dat alle overeenkomsten bevatte, ondertekent door de vertegenwoordigers van de verschillende mogendheden.
  • Congres van Verona

    Congres van Verona
    Het Congres van Verona in 1822 was een vergadering tussen vier conservatieve Europese grootmachten: Rusland, Oostenrijk, Pruisen en Frankrijk. Hier bespraken ze mogelijkheden om de invoering van een liberale grondwet in Spanje tegen te houden.
  • De Belgische Opstand

    De Belgische Opstand
    De Belgische Revolutie, Belgische opstand of Belgische omwenteling waarin de derde stand (oftewel de burgers) in optand kwamen tegen koning Willem I der Nederlanden die tot de onafhankelijkheid van België leidde.
  • Het Frankfurter Parlement

    Het Frankfurter Parlement
    Duits parlement dat na de verkiezingen in de Paulskirche in Frankfurt bijeen kwam om een grondwet op te stellen en de vele Duitse staatjes samen te brengen in een nieuwe Duitse eenheidsstaat.
  • Liberale revoluties in Europa

    Het verschil tussen liberalisme en socialisme zorgde voor liberale revoluties in Europa, met de poging om de politieke positie van de burgerij te versterken en die van de koning te verzwakken.