economie tijdlijn

  • Toetreding van landen tot de Eurozone

    Start met België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland
  • EMS = europees monitair systeem

    Het Europees monitair systeem werd opgericht in 1979. Een Frans-Duits initiatief. Het houdt in dat ze hun valuta wouden fluctueren (schommelen). Sterke en zwakke munten onderscheiden.
  • Plaza-akkoord

    Het Plaza- akkoord is een akkoord dat in het Plaza Hotel van New York werd afgesloten tussen de landen Japan, Duitsland, Groot-Brittannië, Frankrijk en de Verenigde Staten. Het akkoord houdt in dat ze tussenbeide mochten komen op de wisselmarkten om de munteenheid ‘dollar’ in waarde te laten dalen tegenover de Japanse munteenheid ‘Yen’ en de Duitse munteenheid ‘Mark’.
  • Het Louvre-akkoord

    Hierbij werd een akkoord afgesloten tussen de regeringen en de centrale banken van Canada, Frankrijk, Duitsland, Japan, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Dit akkoord het hetzelfde doel.
  • EMS-2

    EMS staat voor Europees Monetair Systeem. Het is een wisselkoersmechanisme dat munten van buiten de eurozone voorbereidt op deelname aan de Europese Economische en Monetaire Unie.
  • Crisis EMS 1992

    Het was een uitwisseling om de nationale munt en de Europese munt te vergelijken. Het vormde de basis van het ERM akkoord.
  • Verdrag van Maastricht: EMU

    Dit Europese verdrag vormde in 1993 de Europese Gemeenschap om tot Europese Unie. Het Verdrag legde verder de basis voor de Economische en Monetaire Unie (EMU) en van de invoering van een gemeenschappelijke munt (de euro).
  • ECU = European currency unit

    Het Europese rekeneenheid werd ook in 1997 ingevoerd. De voorloper van de euro. Munten van verschillende staten werden samengenomen.
  • Invoering van de euro

    Munten en bankbiljetten werden vanaf 1 januari 2002 gelijktijdig als betaalmiddel gebruikt. Het is één van de grootste monetaire omwisselingsoperatie aller tijden. De productie van euromunten begon al in 1999.
  • ESCB

    het Europees Stelsel van Centrale Banken, omvat de Europese Centrale Bank (het ECB) en de nationale centrale banken (de NCB’s) van de 27 lidstaten van de Europese Unie, ze dragen zorg voor een stabiele prijsniveau binnen de EU.