-
Beide Nederlanden (de Verenigde Provinciën en de Spaanse Nederlanden) behoren tot het Franse Keizerrijk onder het gezag van Napoleon Bonaparte.
-
Napoleon wordt definitief verslagen door een coalitie van Britse, Nederlandse, Hannoverse en Pruise eenheden. Slag bij Waterloo
-
Alfred Ely Beach is de uitvinder van de typemachine. Dit had een alfabetisch toetsenbord. Nadien is dit veranderd in het Querty bord om het smossen van veel gebruikte letters te voorkomen.
-
In Brussel ontstaan er georganiseerde rellen na de opvoering van de opera "de stomme van Portici". De Brusselse burgerij richt een burgerwacht op en willen een administratieve scheiding van het Nederlands koninghuis. Zij verliezen echter de controle en het Nederlands leger treedt op. De burgerwacht werkt samen met de bevolking en strijden samen tegen het leger van Willem II. Het Voorlopig Bewind roept de Belgische onafhankelijkheid uit.
-
Leopold I legt de eed af als eerste koning der Belgen.
-
Volgens het cijnskiesrecht had je stemrecht als je voldoende belastingen betaalde.
-
De eerste koning der Belgen is overleden.
-
Leopold II legt de eed af als opvolger van de Belgische kroon.
-
De eerste taalwet bepaalt dat er ook in het Nederlands mag gepleit worden in rechtszaken.
-
Karl Benz ontwikkelt de eerste auto met een benzinemoter.
-
Het algemeen meervoudig stemrecht gaf aan elke man ouder dan 25 jaar één stem. Indien men geschoold was, accijnzen betaalden kreeg je meerdere stemmen.
-
Nederlands wordt erkend als een officiële taal (gelijkheidswet).
-
Leopold II overlijdt op de leeftijd van 74 jaar als tweede koning der Belgen.
-
Albert II legt de eed af als derde koning der Belgen.
-
Oostenrijks-Hongaarse invasie van Servië is het begin van de Eerste Wereldoorlog. Duitsland valt het neutrale België binnen.
-
Door de uitvinding van RVS van Henry Brearly veranderde de hele staalindustrie.
-
Duitsland tekent de overgave. België is bevrijd na een slopende oorlog die vier jaren duurde.
-
Elke man heeft maar één stem. De vrouwen krijgen stemrecht voor de gemeenten.
-
De koning overlijdt na een val van de rotsen in Marche-les-Dames.
-
Leopold III legt de eed af als nieuwe koning der Belgen.
-
Nazi-Duitsland valt Polen binnen.
-
Nazi-Duitsland valt België binnen en bezet het land vier jaren.
-
Omdat de koning in het buitenland zit en niet kan regeren. Legt Prins Regent Karel
de grondwettelijke eed af. -
België wordt bevrijd door de geallieerden. Maar blijft nog onder vuur liggen tot de Duitse overgave.
-
Duitsland tekent de documenten van een onvoorwaardelijke overgave van alle Duitse strijdkrachten.
-
Vrouwen krijgen stemrecht en mogen zich ook verkiesbaar stellen.
-
Koning Leopold III besluit de koninklijke macht over te dragen aan zijn zoon Boudewijn. Boudewijn I wordt na zijn eedaflegging de vijfde koning der Belgen.
-
De taalgrens wordt vastgelegd tussen Vlaanderen en Wallonië.
-
Bij de eerste staatshervorming worden de drie cultuurgemeenschappen opgericht: de Nederlandstalige, de Franstalige en de Duitstalige gemeenschap. Ze hebben een bepaalde autonomie inzake cultuur.
-
Naast de gemeenschappen worden er ook twee gewesten opgericht: het Vlaamse- en het Waalse gewest. Zij hebben een raad en regering. In Vlaanderen is er één regering voor de gemeenschap en het gewest.
-
Het Brussels Hoofdstedelijk gewest wordt gevormd. Ook dit heeft een eigen parlement en regering.
-
De parlementen van de gewesten worden rechtsreeks verkozen. De gewesten krijgen meer bevoegdheden. België wordt een federale staat.
-
Koning Boudewijn overlijdt tijdens zijn vakantie in het zuiden van Spanje.
-
Koning Albert II volgt zijn broer op als de zesde koning de Belgen.
-
EU burgers krijgen stemrecht voor de gemeenteraadsverkiezingen. Zij moeten zich registreren alvorens ze mogen stemmen.
-
het Lambermontakkoord geeft de gewesten en gemeenschappen nog meer bevoegdheden.
-
In de grondwet staat voortaan geschreven dat mannen en vrouwen gelijk zijn.
-
Niet EU brugers krijgen stemrecht voor de gemeenteraadsverkiezingen.
-
Tijdens de zesde staatshervorming wordt BHV gesplitst. De gewesten krijgen nog meer bevoegdheden en staan op het zelfde niveau als de federale regering.
-
Tijdens de troonwisseling doet Koning Albert II afstand van de Belgische kroon en draagt deze over aan zijn zoon Kroonprins Filip.