-
vanaf geboorte lichamelijk affectieve communicatie tussen baby en zorgfiguren
kind ‘toont’ dingen via faciale, vocale andere lichamelijke kanalen
ouder probeert te begrijpen wat het kind nodig heeft, prettig vindt, … en regeert op de uitignen van het kind
aanvankelijk ‘imitatie’
gevoel van afleiden uit gedrag baby
gedrag stellen dat overeenkomstig is
meestal in zelfde modaliteit
vb: baby via vocal → ouders via vocal -
VOORHECHTING:
Onmiddellijk na geboorte voorkeuren: stem, gezicht (meestal van moeder)
-set van aangeboren gedragspatronen die de primaire verzorgers nabij houden
-"primitief hechtingsgedrag", nog erg ongericht; vb: vinger vast nemen, …
-vanaf 6 weken: "sociale glimlach" -
nog geen vriendschappen
wel basale vormen van sociale interactie naar andere baby’s
glimlachen
geluidjes maken
aandacht -
nog geen vriendschappen
wel basale vormen van sociale interactie naar andere baby’s
glimlachen
geluidjes maken
aandacht
doorheen eerste levensjaar neemt sociaal gedrag toe
speeldgoed geven
kiekeboe -
6 WEKEN - 6 à 8 MAANDEN
stilaan andere reactie bij vertrouwde figuren dan anderen : meer lachen, geluidjes, exploratief gedrag, makkelijker getroost
besef dat eigeen gedrag andere gedrag kan uitlokken
nog geen protest bij separatie of contact met vreemden: eerder verandering in reactie dan echt protest -
vanaf 8 à 9 MAAND
-gebruikt baby felaatsuitdrukkingen voor 'social refrencing'= in een ambigue situatie volgen wij het voorbeeld van anderen: wij weten zelf niet wat te doen aan dat wat anderen doen de juiste respons is.
- emotioneel (sturing eigen emoties)
-instrumentele (sturing eigen gedrag) -
6 à 8 MAANDEN- 1,5 à 2 JAAR
rond 6 à 8 MND: seperatie angst + vreemde angst
ontwikkeling hechte band met een of enkele personen uit de omgeving
belang van sensitiviteit responsiviteit
signale kind aanvoelen
er adequaat op inspelen -
vanaf 9 MAAND
"affect-attunement"= the mutual process where individuals share and match their emotional states, often seen in infant-caregiver interactions
"MATCHING"
belang van matching:
-niet te veel niet te weinig
besef van verschillen in affect-attunement draagt bij tot onderscheid vertouwde en niet-vertrouwe anderen (cf. gehechtheidsontwikkeling) -
1 JAAR: baby zal niet oversteken of net wel oversteken aan de hand van de reactie van de moeder
bij tegenstrijdige info raakt baby in de war (vb: papa vs. mama) -
in tweede levensjaar elkaar imiteren
belangrijke leermechanisme
veel gelegenheid in kinderopvang -
naarmate symboolfunctie zich ontwikkelt minder nood aan fysieke nabijheid, meer klemtoon op psychologie beschikbaarheid
separatieangst neemt af
ontwikkeling van intern werkmodel (cf. schema)
=set van verwachtingen over beschikbaarheid van hechtingsfiguren en kans dat ze zullen helpen in nood
kind wordt partner in hechtingsrelatie